Bij peritoneaal dialyse filtert het buikvlies van nierpatiënten afvalstoffen uit het bloed. Deze vorm van dialyse brengt ook negatieve effecten met zich mee. Onderzoeker Andrea Stavenuiter ontdekte dat vitamine D deze nadelen mogelijk kan verminderen. Dit meldt het NU.nl.
Bij peritoneaal dialyse (PD) filtert het buikvlies afvalstoffen uit het bloed: daarvoor wordt een katheter ingebracht. De dialyse heeft het grote voordeel dat het bewegingsvrijheid biedt aan de patiënt. PD heeft ook nadelen: er is een vergrote kans op buikvliesontsteking en er kunnen veranderingen optreden in het buikvlies waardoor de dialyse minder effectief is.
Stavenuiter onderzocht hoe patiënten langer gebruik kunnen maken van PD. Negatieve veranderingen die bij PD kunnen optreden zijn: verdikking in de buikwand, vorming van nieuwe bloedvaten en een toename van ontstekingscellen. De vloeistof van PD trekt afvalstoffen uit het bloed. Tegelijkertijd worden stoffen uit de vloeistof door het bloed opgenomen. Door de vorming van nieuwe bloedvaten is er een groter bloedvatoppervlak. Hierdoor zal de samenstelling van de vloeistof sneller veranderen en daardoor zal het vermogen om afvalstoffen uit het bloed te filtreren afnemen.
Vitamine D lijkt deze negatieve effecten positief te beïnvloeden. Stavenuiter: "We ontdekten dat deze nadelen in diermodellen deels verminderden door toediening van vitamine D. Ook toonden we aan dat vitamine D belangrijk is voor het functioneren van de nieren, en schade aan de nieren kan voorkomen en herstellen."
© Nationale Zorggids