Normal_kinderen_op_de_judomat_fotograaf_edwin_van_eis

In Amsterdam wonen gezinnen die leven op de rand van de armoedegrens. Voor deze Amsterdammers is het lidmaatschap van sport en culturele activiteiten vaak te duur. Een subsidieregeling kan gezinnen én sportinstellingen helpen.

Het college van burgemeester en wethouders heeft ingestemd met deze regeling en stelt een subsidie van € 400.000,- beschikbaar om sporten voor kinderen uit lage inkomenswijken mogelijk te maken.
 
De regeling bevat twee onderdelen. Eén is erop gericht meer sportaanbod te laten ontstaan in wijken waar weinig sportaanbod is en waar veel gezinnen op of onder de armoedegrens leven. Het andere deel van de subsidieregeling helpt verenigingen die veel leden hebben die op of onder de armoedegrens leven, bijvoorbeeld bij vervoer naar uitwedstrijden.
 
In de stadsdelen Zuidoost, Nieuw-West en Noord wonen veel gezinnen die op of onder 120% van het wettelijk bestaansminimum leven. Ten opzichte van de rest van Amsterdam sporten deze Amsterdammers minder. Het sporten is voor de inwoners van deze stadsdelen te duur. Een laag inkomen mag geen belemmering zijn voor kinderen om deel te nemen aan sport.
 
Met deze regeling wil de gemeente de doelstelling behalen om in 2016 80% van de jeugd van 6 tot en met 18 jaar, wekelijks te laten sporten. De subsidieregeling moet Amsterdammers stimuleren om bij een sportvereniging of structurele sportaanbieder te gaan sporten. Want zowel de ledenaantallen bij verenigingen, als het aantal sportaccommodaties in deze stadsdelen neemt de laatste jaren af. In 2016 hoopt de gemeente dat 50% van de sportende jeugd sport bij een vereniging.