Marja Ruijterman tijdens haar voorstelling Soulstory, foto: Pictures by Gaab Fotografie / Gaab van Hall

Op de fiets in de sneeuw naar Station Zuid met een zware rugzak op met mappen. Ik moest examens afnemen. Op de Stadionweg gleed ik uit en lag languit, wilde opstaan maar dat lukte niet. Te veel pijn. Een lieve vrachtwagenchauffeur en een dame hielpen me op en tja, ik kon niet verder. De dame bracht me naar huis en ik moest naar de VU. Een heel rijtje mensen die gevallen waren en iedereen mocht weer naar huis maar ik moest geopereerd. Ik belde naar mijn opdrachtgever en vroeg of de deelnemers van het examen naar het ziekenhuis konden komen. "Sodemieter op!" zei de Amsterdamse coördinatrice vriendelijk: "Geef je er nou maar aan over en ik regel het wel!" Wist dat de deelnemers niet meer te bellen waren, ze kwamen uit Limburg, Groningen en ik voelde me schuldig.

Door Marja Ruijterman

Na de operatie kwam ik bij door een zachte stem. "Mevrouw Ruijterman, wakker worden!" "Nee, ik ben aan het werk en neem examens af, niet storen!" Het duurde een tijdje voor ik bij zinnen was en het los kon laten. Door die gebroken enkel kreeg ik een groep in Amsterdam in plaats van Groningen te trainen en in die groep ontmoette ik een jongeman die mijn buurman werd en was ik getuige op zijn huwelijk. Van het één komt het ander.

Een andere keer kwam ik bij van een operatie in het OLVG die me minder goed afging. Ik was doodmisselijk en mijn moeder stond boven me te zwaaien met een chocoladeletter. "Kijk eens wat ik voor je heb?" "Ma, ik ben misselijk!" "Dat is toch lief dat ik een chocoladeletter voor je heb?" Ben bang dat ik iets minder vriendelijk was maar later weer goed gemaakt hoor.

Pauzegesprekken 

In het ouderencentrum in Watergraafsmeer waar ik een training gaf had ik een uur pauze. Heerlijk even tot mezelf komen tussen de bedrijven door. Iemand vertelde me dat er eten voor me was in de eetzaal. Ik ging op zoek naar een zaal voor personeel. Die bleek er niet te zijn. Er was een tafel gedekt tussen twee dames van ongeveer vijfennegentig. Mijn eerste reactie was: Verdorie… ik wil even bijkomen in mijn eentje met een krantje. De tweede reactie: Ach, wat geeft het, ’t heeft ook wel wat en het is ook leuk een praatje met de bewoners.

Eén van de dames keek me woedend aan en liet me meteen weten dat ze moeilijk kon horen en moeilijk kon zien. Ik vroeg haar waarom ze zo boos keek. Ze vertelde dat ze drie maanden in het huis was en hier helemaal niet wilde zijn. Het kon niet anders. Thuis kon ze niet meer blijven wonen. Ik begreep haar woede heel goed.
De bijna doof blinde dame schreeuwde me toe dat ze de laatste uren veel te verwerken had. Ik schreeuwde terug: “Wat is er aan de hand???” Ze mocht niet meer zitten waar ze zat. Ze moest vanaf morgen bij het raam zitten. Dat was weer wennen aan iets nieuws en daar hield ze niet van. Deze tafel kende ze nu eenmaal. Ik vroeg of ze de mensen aan die andere tafel niet kende… dat deed ze wel maar ze wilde toch liever aan deze tafel blijven zitten.

Toen de medewerker langs kwam wilde ik wel de advocate van de dame zijn: “Waarom moet die mevrouw daar gaan zitten?” De man antwoordde dat dat helemaal niet hoeft. Hij had alleen geopperd dat, als ze wilde, ze ook bij het raam kon gaan zitten. Ze mocht ook blijven zitten waar ze al zat. Ik schreeuwde: "U mag hier gewoon blijven zitten...". Schreeuwt ze terug: “Nee… ik wil bij het raam!!” Het is een hele kunst goed te begrijpen en te blijven luisteren, een vak op zich! Hoorde dat het zorgcentrum is gesloten, hoop dat de dame heeft kunnen wennen op haar nieuwe plek.

Agressietraining

Bij een ander zorgcentrum hartje stad vroeg een dame van ongeveer tegen de honderd tijdens de pauze: "Ik hoor dat u een agressietraining geeft, nou ik kan u wel aan hoor!" Ze greep me bij mijn kladden en we vochten een tijdje op de gang tot ze me kietelde en ja, toen had ze gewonnen. De hele staf en de bewoners om ons heen lagen dubbel. Triomfantelijk liep ze weg.

Door: Nationale Zorggids / Marja Ruijterman